Publicitade R▼
Publicidade ▼
Ver também
conformist (n.m.)
Publicidade ▼
conformist (m. s.)
conformist (m. s.)
conformist; conformiste[ClasseHyper.]
conservatief, conservatieveling, konservatief[Hyper.]
conformisme - aanpassen, acclimatiseren, accommoderen, adapteren, assimileren, bewerken, bijsturen, geschikt maken, gewennen, passend maken, plooien, richten, schikken, toesnijden op, voegen, wennen, zich aanpassen, zich aanpassen aan, zich accommoderen, zich akkommoderen, zich conformeren aan, zich konformeren aan, zich richten naar, zich schikken naar, zich thuisvoelen, zich thuis voelen, zich voegen naar[Dérivé]
conformist (m. s.)
personne zélée (fr)[Classe]
personne qui obéit (fr)[ClasseParExt.]
approver (en)[Classe]
(geheel; totaliteit), (allen; alle; alles)[Caract.]
(konstantheid; constantheid)[Caract.]
aanhanger, adept, adherent, leerling, volgeling[Hyper.]
stooge (en)[Dérivé]
Wikipedia - ver também
Conteùdo de sensagent
calculado em 0,031s