Publicitade R▼
⇨ definição - Wikipedia
Publicidade ▼
grommen
grommen (v.)
daveren, denderen, dreunen, kankeren, knorren, morren, murmureren, pruttelen, rommelen, snauwen
grommen (v. intr.)
brommen, grauwen, kermen, klagen, knorren, mommelen, mopperen, morren, mummelen, sputteren, tegenpruttelen, tegensputteren, tegenstribbelen, zaniken, zeuren
grom (n.)
borduurgaas, brommen, catgut, darm, darmkanaal, darmsnaar, grommen, ingewande, ingewanden, kattedarm, kattendarm, snaar, visgrom, vissersgaren
grom (n.m.)
Ver também
grommen (v. intr.)
↘ azijnpisser, brompot, chagrijn, chagrijnig, dreigend, duister, galbak, gebrom, geknor, gemekker, gemopper, gemor, gerommel, griener, huilebalk, humeurig, jammeraar, jankepot, janker, jankerd, kankeraar, kankeraarster, kankerpit, klaagster, klager, klagerig, kniesoor, kniezer, knorrepot, knorrig, korzelig, kribbebijter, kribbenbijter, kribbig, lomp, mistroostig, mopperaar, mopperaarster, mopperig, mopperkont, ontevreden, querulant, sacherijn, slechtgehumeurd, slechtgemutst, snauw, stuurs, zaniker, zanikster, zeikerd, zeur, zeurder, zeurderig, zeurig, zeurkous, zeurpiet, zeurster, zuur, zuurpruim
grom (n.m.)
↗ blazen
grom (n.)
↘ darm-, intestinaal
Publicidade ▼
grommen (n.)
grommen (v.)
grommen (v.)
grommen (v. intr.)
bouder (fr)[Classe]
parler avec mauvaise humeur (fr)[Classe]
se plaindre à voix basse (fr)[Classe]
proférer des jurons (fr)[Classe]
(verveling)[termes liés]
grommen (v. intr.)
klagen, urmen[Hyper.]
geknor, gemekker, gemor - azijnpisser, brompot, chagrijn, galbak, kankeraar, kankeraarster, kniesoor, kniezer, knorrepot, kribbebijter, kribbenbijter, mopperaar, mopperaarster, mopperkont, sacherijn, zuurpruim - feeks, helleveeg - griener, huilebalk, jammeraar, jankepot, janker, jankerd, kankeraar, kankeraarster, kankerpit, klaagster, klager, querulant, zaniker, zanikster, zeikerd, zeur, zeurder, zeurkous, zeurpiet, zeurster[Dérivé]
grommen (v. intr.)
être mécontent (fr)[Classe]
réclamer, protester (fr)[Classe]
tekeergaan; schreeuwen; roepen; gillen; tieren; uitgillen; uitschreeuwen; uitvallen tegen[Classe]
parler avec mauvaise humeur (fr)[Classe]
klagen, urmen[Hyper.]
gemopper, grief, klacht - azijnpisser, chagrijn, galbak, kniesoor, kniezer, kribbebijter, kribbenbijter, netenkop, nijdas, nurks, plat, platje, sacherijn, zuurpruim - griener, huilebalk, jammeraar, jankepot, janker, jankerd, kankeraar, kankeraarster, kankerpit, klaagster, klager, querulant, zaniker, zanikster, zeikerd, zeur, zeurder, zeurkous, zeurpiet, zeurster[Dérivé]
grommen (v. intr.) [chien]
reprocher (fr)[Classe]
parler avec mauvaise humeur (fr)[Classe]
crier (pour les animaux) (fr)[Classe...]
se plaindre (fr)[Classe...]
(old world pig) (en)[termes liés]
(beer)[termes liés]
uiten[Hyper.]
krulstaart, varken, varkens, zwijn - brommen, grom, grommen - grunter (en)[Dérivé]
grommen (v. intr.)
produire un son (fr)[Classe...]
réclamer, protester (fr)[Classe]
se plaindre (fr)[Classe]
(inademen; ademhaling; adem; respiratie), (ademhalen; opsnuiven; ademen)[termes liés]
klagen, urmen[Hyper.]
gejank, klaagstem, pruilstem - griener, huilebalk, jammeraar, jankepot, janker, jankerd, kankeraar, kankeraarster, kankerpit, klaagster, klager, querulant, zaniker, zanikster, zeikerd, zeur, zeurder, zeurkous, zeurpiet, zeurster[Dérivé]
dreinen, drenzen, dwingen, grienen, jengelen, piepen, simmen, simpen, sniffen, snotteren, temen[Domaine]
grommen (v. intr.)
grom (m. s.)
cri (tigre) (fr)[ClasseParExt.]
ronronnement et cri du chat (fr)[ClasseParExt.]
cri du félin (fr)[Classe]
blazen[Nominalisation]
grom (n.)
koord, streng, touw, zeel[Hyper.]
ingewanden uithalen, kaken, lubben, ontweien[Dérivé]
hechtdraad, hechting[Element]
grom (n.)
darm; grom; visgrom; vissersgaren; darmkanaal; snaar[ClasseHyper.]
appareil digestif (fr)[DomainDescrip.]
grom (n.)
grom (n.)
geluid, geruis, ruis[Hyper.]
schetteren, tetteren[Nominalisation]
briesen, brullen, bulderen, fulmineren, loeien, opspelen, razen, schateren, schaterlachen, tieren, uithalen, uitpakken, uitschieten, uitvallen, uitvaren, uitvliegen - donderen, gieren, gillen, huilen, loeien, razen, tieren, toeteren - donderen, dreunen, overdonderen - thunder (en) - bulderen, daveren, dreunen, rommelen - bulderen, denderen, donderen - oorverdovend[Dérivé]
grom (n.)
cri des animaux (fr)[Classe...]
Wikipedia
Grom kan verwijzen naar:
Dit is een doorverwijspagina, bedoeld om de verschillen in betekenis of gebruik van Grom inzichtelijk te maken.
Op deze pagina staat een uitleg van de verschillende betekenissen van Grom en verwijzingen daarnaartoe. Bent u hier via een pagina in Wikipedia terechtgekomen? Pas dan de verwijzing naar deze doorverwijspagina aan, zodat toekomstige bezoekers direct op de juiste pagina terechtkomen. Bekijk alle artikelen waarvan de naam begint met Grom. |
Conteùdo de sensagent
calculado em 0,047s