Definição e significado de poetsen

entretenir les chaussures (fr)[DomainRegistre]

blacken (en)[Hyper.]

zuiveren; opdoen; reinigen; schoonmaken[Classe]

laver (fr)[DomaineCollocation]

opkalefateren, oppassen, opschikken, optutten, soigneren, toiletteren, verzorgen[Hyper.]

reiniging, schoonmaak, schoonmaakbeurt - poetsmiddel, schoonmaakartikelen[Dérivé]

rendre lisse et luisant (fr)[Classe]

schrobben; schuren[Classe]

entretenir les chaussures (fr)[DomainRegistre]

afslijpen, afwrijven, bijschaven, likken, opboenen, opwrijven, poetsen, politoeren, schoonwrijven, schuren, slijpen, uitpoetsen[Hyper.]

buff, buffer (en) - buffer - poetsmiddel[Dérivé]

faire briller (fr)[ClasseHyper.]

rendre lisse (fr)[Classe]

(knevelbaard; snor; knevel; snorbaard; snorrebaard; snorrenbaard)[termes liés]

entretenir les chaussures (fr)[DomainRegistre]

mooi maken, opsmukken, verfraaien[Hyper.]

effen, glad[Rendre+Attrib.]

polishing, shining (en) - buffer - poetsmiddel - glansmiddel, poetsmiddel[Dérivé]

afwrijven, frotteren, inwrijven, scheuken, schobben, schoonwrijven, schurken, vegen, wrijven[Domaine]

zuiveren; opdoen; reinigen; schoonmaken[Classe]

(winkelen; boodschappen doen), (domicilie; residentie; woonplaats; verblijfplaats; ambtswoning; onderkomen; residentschap; verblijf; herberg)[termes liés]

beredderen, opruimen, redderen[Hyper.]

reiniging, schoonmaak, schoonmaakbeurt - housecleaning (en) - schoonmaker[Dérivé]

poetsen, schoonhouden, wrijven - doen, kuisen, opdoen, opruimen, reinigen, reinigend, schoonmaken, wegruimen[Domaine]

brosser (fr)[Classe]

enduire de cire (fr)[Classe]

frotter, gratter (fr)[Classe]

nettoyer, gratter un parquet (fr)[DomainRegistre]

linge (fr)[DomaineCollocation]

afwrijven, frotteren, inwrijven, scheuken, schobben, schoonwrijven, schurken, vegen, wrijven[Hyper.]

het schrobben - boender, luiwagen, schrobber, schuurborstel, stoffer - buikloop, diarree, kakkerij, poeperij, racekak, schijterij, spuitpoep - scourer (en) - scrubber (en)[Dérivé]

afhalen, losmaken, nemen, ontdoen, verwijderen, wegdoen, weghalen, wegnemen[Hyper.]

reiniging, schoonmaak, schoonmaakbeurt[Dérivé]

opruimen, poetsen, schoonhouden, wegruimen, wrijven[Domaine]