Publicitade R▼
Publicidade ▼
Ver também
samenbrengen (v. trans.)
≠ smeren, spreiden, uitsmeren, uitspreiden, uitstrijken, uitwrijven, verdelen, verspreiden, verstrijken, voortwoekeren, wrijven
samenbrengen (v.)
samenbrengen (v.)
se grouper (personnes) (fr)[ClasseParExt.]
zich groeperen; samenkomen; aantreden; zich verzamelen[ClasseHyper.]
zich verdringen[Hyper.]
mass (en)[Dérivé]
samenbrengen (v. tr.)
groeperen[Classe]
samenbrengen (v. tr.)
samenbrengen (v. tr.)
ophoping - assemblage, collecte, inzameling, lichting, verzameling - compilatie, samenstelling - compilatie, compilatiewerk, pandecten, samenstelling, samenvatting, verzamelwerk - arsenaal, collectie, kollektie, verzameling - accumulative (en) - accumulatief, akkumulatief, cumulatief, kumulatief, opeenhopend[Dérivé]
samenbrengen (v. tr.)
Publicidade ▼