Publicitade D▼
toedenken (v. trans. intr. défectif)
aannemen, bestemmen voor, denken, er voor aanzien, geloven, imagineren, inbeelden, indenken, in staat achten tot, nagaan, postuleren, stellen, toebedenken, verbeelden, veronderstellen, verwachten, vinden, vooronderstellen, vooropstellen, voorstellen, presumeren (literary)
Publicidade ▼
Ver também
toedenken (v. trans. intr. défectif)
↘ aanmatiging, aanvaarding, acceptatie, denkbaar, geloof, onderstelbaar, pretentie, randvoorwaarde, vermoedelijk, veronderstelling, vooronderstelling, waarschijnlijk, zelfverheffing
toedenken (v. tr. intr. défect.)
attribuer, consacrer, destiner (fr)[Classe]
verlenen; toewijzen[Classe]
toedenken (v. tr. intr. défect.)
évaluer par un jugement (fr)[Classe]
toedenken (v. tr. intr. défect.)
bedoelen, impliceren[Hyper.]
toedenken (v. tr. intr. défect.)
tenir pour vrai, croire (fr)[Classe]
anticiperen, vooruitlopen[Hyper.]
supposal, supposition (en) - gissing, giswerk, nattevingerwerk, speculatie, veronderstelling - denkbeeld, gedachte, het denken, idee - besef, convictie, denkbeeld, dunk, gevoelen, gezindheid, het denken, inzicht, oordeel, opinie, opvatting, overtuiging, standpunt, stellingname - conjectuur, denk, gissing, giswerk, gok, onderstelling, raden, speculatie, vermoeden, veronderstelling - gisser, rader[Dérivé]
Publicidade ▼
Conteùdo de sensagent
calculado em 0,047s