Publicitade R▼
verijdelen
verijdelen (v.)
afbreken, afsluiten, beëindigen, besluiten, een einde maken aan, eindigen, ophouden, sluiten, stoppen, termineren
verijdelen (v. trans.)
afknappen op, beletten, doorkruisen, dwarsbomen, een stokje steken voor, frustreren, in de steek laten, tegenstreven, tegenvallen, tegenwerken, teleurstellen, verhinderen
Publicidade ▼
Ver também
verijdelen (v.)
≠ aan het werk gaan, aanvangen, beginnen, beginnen te, inzetten, openen, opstarten, starten, zich zetten aan
verijdelen (v.)
helpen, veranderen[Hyper.]
beëindiging, besluit, determinatie, einde, eindiging, stopzetting, vaststelling, woordeinde - eind, einde, end, uiteinde - einde - dood, eind, einde, end - einde, ontknoping - afdoend, eind-[Dérivé]
aan het werk gaan, aanvangen, beginnen, beginnen te, inzetten, openen, opstarten, starten, zich zetten aan - aanvangen, beginnen, opstarten, starten[Ant.]
verijdelen (v. tr.)
résister (fr)[Classe]
faire obstacle à (fr)[Classe]
empêcher (de faire, de se produire) (fr)[Classe]
(vergadering; bijeenkomst)[termes liés]
verijdelen (v. tr.)
Publicidade ▼
Conteùdo de sensagent
calculado em 0,031s