Publicitade R▼
doorbrengen (v.)
doorbrengen (v. intr.)
bezighouden, bezig zijn, de tijd doden, de tijd doorbrengen, de tijd verdrijven, doen aan, flaneren, gaan studeren, liggen, lopen, occuperen, opgaan in, ophangen, ophouden, passeren, slenteren, staan, uithangen, verdoen, verdrijven, zich bezighouden met, zich ophouden met, zich overgeven aan, zich toeleggen op, zich toewijden aan, zich wijden aan, zitten
Publicidade ▼
doorbrengen (v.)
gaan, lopen, treden, wandelen[Hyper.]
doorbrengen (v. intr.)
avoir une activité de façon régulière (fr)[Classe]
pratiquer (une activité) (prop. courante) (fr)[ClasseParExt.]
s'intéresser à (fr)[Classe]
doorbrengen (v. intr.)
Publicidade ▼
Conteùdo de sensagent
calculado em 0,468s